|
|
83548 actieve gebruikers Inloggen bestaande gebruiker Aanmelden nieuwe gebruiker Naar mobiele versie |
|||
Trappen van vergelijking
Als je met een bijvoeglijk naamwoord wilt aangeven hoe iets is in vergelijking met iets anders, gebruik je de vergrotende trap of de overtreffende trap.
+ er, + st
In de meeste gevallen maak je de vergrotende trap door 'er' achter het bijvoeglijk naamwoord te plakken en de overtreffende trap door 'st' achter het bijvoeglijk naamwoord te plakken:
Als het bijvoeglijk naamwoord eindigt op een lange aa, ee, oo of uu + een enkele medeklinker, verdwijnt een van die klinkers:
Als het bijvoeglijk naamwoord eindigt op korte a, e, i, o of u + een enkele medeklinker, verdubbelt die medeklinker:
Als het bijvoeglijk naamwoord eindigt op een r, komt er vaak een d voor de toevoeging 'er':
Als het bijvoeglijk naamwoord eindigt op een stomme e, komt er vaak alleen maar een r achter:
Als het bijvoeglijk naamwoord eindigt op een s, heeft de vergrotende trap soms een z en heeft de overtreffende trap alleen een extra t:
Als het bijvoeglijk naamwoord eindigt op een f, heeft de vergrotende trap soms een v, maar niet altijd:
* Overtreffende trap met 'meest'
Als de overtreffende trap met st aan het eind moeilijk uit te spreken is, wordt gekozen voor de combinatie met meest:
Je kunt de combinatie met 'meest' bij alle bijvoeglijke naamwoorden toepassen, maar het is bij eenvoudige woorden niet gebruikelijk. Dus liever niet 'meest leuke', 'meest oude', enzovoort.
Onregelmatige bijvoeglijke naamwoorden
© 2010 - Beter Spellen is een initiatief van |