06 NOV (klik op een pijltje om naar een andere datum te bladeren)
De deelnemers op niveau 1 hebben de test van 06-11-2025 zo ingevuld:
Deze plant ........ een keer per jaar met een mooie bloem.
bloeit bloeidt bloedt bloei
Het woord 'bloeit' hoort bij de hoofdpersoon van de zin (deze plant). Het werkwoord 'bloeien' wordt vervoegd zoals 'ik til, hij tilt'. Dus: bloei + t = bloeit.
Zie ook de pagina tegenwoordige tijd.
Ik heb een rode jas ........ .
gekoopd gekoopt gekocht gekoop
Het voltooid deelwoord van 'kopen' is 'gekocht'.
Zie ook de pagina voltooid deelwoord.
Wij zijn drie ........ naar Spanje geweest.
weeken weken weekken
Als het enkelvoud een lange klinker (aa, ee, oo, uu) heeft in de laatste lettergreep met daarachter één medeklinker, verdwijnt in het meervoud een van die klinkers: week - weken.
Zie ook de pagina grenzen, kansen.
Wim schrok wakker uit een ........ .
angsddroom angstroom angstdroom angsdroom
Het woord 'angstdroom' bestaat uit 'angst + droom'.
Zie ook de pagina tandpasta, zakdoek.