06 JAN (klik op een pijltje om naar een andere datum te bladeren)
De deelnemers op niveau 1 hebben de test van 06-01-2025 zo ingevuld:
Deze plant ........ een keer per jaar met een mooie bloem.
bloedt
bloei bloeit
bloeidt
Het woord 'bloeit' hoort bij de hoofdpersoon van de zin (deze plant). Het werkwoord 'bloeien' wordt vervoegd zoals 'ik til, hij tilt'. Dus: bloei + t = bloeit.
Zie ook de pagina tegenwoordige tijd.
De brand is door iemand ........ .
aangesteekd
aangestoke
aangesteekt aangestoken
De klinker van 'aansteken' verandert in de voltooide tijd.
Zie ook de pagina sterke werkwoorden.
Die kat is bang voor ........ .
honden
hondden
honderen
honder
Bij veel zelfstandige naamwoorden maak je het meervoud door er 'en' achter te zetten: hond + en = honden.
Zie ook de pagina grenzen, kansen.
Ik ........ niet dansen.
ken kan
Kennen is weten, kunnen is doen.
kunnen: ik kan, jij kunt (of kan), hij kan, wij kunnen
Zie ook de pagina kennen, kunnen.