14 NOV (klik op een pijltje om naar een andere datum te bladeren)
De deelnemers op niveau 1 hebben de test van 14-11-2024 zo ingevuld:
Met veel lawaai ........ de auto voor het kruispunt.
remd
rempt remt
remp
Het werkwoord is 'remmen', de ik-vorm is 'rem'. De ik-vorm + t = remt.
Zie ook de pagina tegenwoordige tijd.
Ik heb ........ tot ik mijn zin kreeg.
gezeur
gezeuren
gezeurt gezeurd
Dit is het voltooid deelwoord van 'zeuren'. Je schrijft ge + ik-vorm + d, dus ge + zeur + d = gezeurd. Aan het eind komt een d, omdat de r van 'zeuren' niet in 't kofschip zit.
Zie ook de pagina voltooid deelwoord.
Alle ........ sloegen tegelijk twaalf uur.
klooken klokken
kloken
klookken
Als het enkelvoud een korte klinker (a, e, i, o, u) heeft in de laatste lettergreep met daarachter één medeklinker, komt er in het meervoud vaak een medeklinker bij om de klank van die klinker kort te houden: klok - klokken.
Zie ook de pagina grenzen, kansen.
Er zit een ........ op de dakrand.
meeuw
meuw
meew
miw
Je hoort misschien 'eew' aan het eind van het woord, maar je schrijft 'eeuw'. Voor een eind-w komt bij Nederlandse woorden altijd een u.
Zie ook de pagina luisterwoorden.