Het werkwoord 'kunnen' is onregelmatig. Je schrijft: dat kan.

'Ken' is fout, want dat is een vorm van 'kennen'.
Kennen = weten (Ik ken jou.)
Kunnen = mogelijk zijn (Hoe kan dat?), vaardig zijn (Ik kan fietsen.)
Zie ook de pagina kunt, zult, wilt, hebt.

In tegenstelling tot 'compressie' wordt 'kompres' met een k gespeld. Hier zijn geen regels voor, dit moet je gewoon weten (of opzoeken).

 

Er bestaan verschillende kompressen. Een gaaskompres (voor het reinigen en afdekken van een wond) absorbeert vocht, een warm-koudkompres koelt zwellingen of verwarmt pijnlijke plekken.

Zie ook de pagina alcohol en karamel.

'Mijn' is een bezittelijk voornaamwoord.
Je mag het verkorten tot: m'n. De apostrof geeft aan dat op die plaats iets is weggelaten. De ij namelijk.

'Me' en 'mij' bestaan wel, maar deze woorden zijn geen bezittelijk voornaamwoord. Daarom is 'me boek' of 'mij boek' fout.
Zie ook de pagina ons, onze.

Het juiste woord is 'die', omdat 'vraag' een de-woord is (de vraag).
Zie ook de pagina wat, dat, wie, die.